Hannut Formatie
Deze pagina moet gelezen worden in de context van de pagina rond het 'geologisch paspoort van de Vlaamse ondergrond'.
Data op deze pagina worden aangevuld wanneer binnen dit project nieuwe analyses uitgevoerd worden. Op DOV en in de literatuur zijn ook nog veel andere data te vinden die niet op deze pagina verwerkt zijn.
Formele stratigrafische definitie - Nationale Stratigrafische Commissie
Referentiesecties
Boringen
Tijdelijke ontsluitingen
Data
Van de Formatie van Hannut werden acht stalen van het Grandglise Lid en twee stalen van het Halen Lid geanalyseerd voor korrelgrootte (Figuur 1) (Verhaegen & De Nil, 2023).
De korrelgroottedata tonen een goed gesorteerd fijn zand tot silt met een mediaan en mode rond 90 à 100 μm voor het Grandglise Lid en 40 à 60 μm voor het Halen Lid. Dit is voor het Grandglise Lid gekoppeld met een hoge d10 waarde (23 μm) en lage d90 waarde (151 μm). Het Halen Lid heeft een beduidend grotere fijne fractie (d10 6 μm) en een zeer beperkte grove fractie (d90 96 μm) (Tabel 1).
Het is een licht glauconiethoudend zand met een waarde van van 3 à 6 % (Tabel 2). Het (an)organisch koolstofgehalte is verwaarloosbaar (Tabel 3).
Sleutelreferenties
Baudet, J., 1939. Quelques observations sur les morts-terrains du Tournaisis. Bul-letin de la Société belge de Géologie, 49: 289-299.
Cornet, J., 1899. C.R. Exc. du 3 avril 1899 à Stambruges, Grandglise, Hautrages, Sirault et Villerot. Bulletin de la Société belge de Géologie, 13: PV 126-129.
De Geyter, G., 1980. Bijdrage tot de kennis van de lithostratigrafie en de sedi-mentpetrologie van de Formatie van Landen in België. Doctoraal proefschrift, Uni-versiteit Gent, p. 1-230.
De Geyter, G., 1981. Contribution to the lithostratigraphy and the sedimentary pe-trology of the Landen Formation in Belgium. Mededelingen van de Koninklijke Aca-demie voor Wetenschappen, Letteren en Schone Kunsten van België, Klasse der Wetenschappen, 43: 111-153.
De Geyter, G., 1988a. Formatie van Hannut. In Maréchal, R. & Laga, P., Voorstel lithostratigrafische indeling van het Paleogeen. Belgische Geologische Dienst, Brussel, p. 60-71.
D'Omalius D'Halloy, J., 1839. Eléments de géologie, 3e édition. Paris, p. 285-286.
D'Omalius D'Halloy, J., 1842. Coup d'oeil sur la géologie de la Belgique. Hayez, Bruxelles, p. 78-79.
Gulinck, M., 1948. Oude natuurlijke bouwmaterialen in Laag- en Midden-België. Technisch Wetenschappelijk Tijdschrift (Antwerpen), 18 (2): 25-32.
Gulinck, M. & Hacquaert, A., 1954. L'Eocène inférieur. In: Prodrome d'une description géologique de la Belgique. H. Vaillant-Carmanne, Liège, p. 451-493.
Gullentops, F., Claes, S. & Vandenberghe, N., 1995. De geologische kaart van België, Vlaams Gewest, kaartblad (32) Leuven. Brussel, Belgische Geolo-gische Dienst en ANRE.
Kaasschieter, J., 1961. Foraminifera of the Eocene of Belgium. Verhandelingen van het Koninklijk Belgisch Instituut voor Natuurwetenschappen, 147: 1-271.
Lyell, C., 1852. On the Tertiary strata of Belgium and French Flanders. Part II. The Lower Tertiairies of Belgium. Quaterly Journal of the Geological Society of London, 8: 361-362.
Macar, P., Tavernier, R. & Gulinck, M., 1947. Le tuffeau de Lincent. In Centenaire de l' association des ingénieurs de Liège, Congrès 1947 - Section Géolo-gie, Liège, 1947, p. 326-328.
Maréchal, R., 1993. A new lithostratigraphic scale for the Palaeogene of Bel-gium. Bulletin Belgische Vereniging voor Geologie, 102(1-2): 215-229.
Moorkens, Th., 1972b. Foraminiferen uit het stratotype van het Montiaan en uit de onderliggende lagen van de boring te Obourg. (Met een overzicht van de stratigrafie van het Paleoceen van België). Natuurwetenschappelijk Tijdschrift, 54: 117-127.
Moorkens, Th., 1982. Formanifera of the Montian stratotype and of subjacent strata in the "Mons well 1969" with a review of the Belgian Paleocene Stratigraphy. Toelichtende Verhandelingen voor de Geologische en Mijnkaarten van België, 17(2): 186 p.
Nijs, R. & De Geyter, G., 1985. De l'usage architectural et des caractères pétro-graphiques du tuffeau de Lincent. Bulletin de la Commission Royale des Monuments et des Sites, Bruxelles, 12: 59-69.
Steurbaut, E., 1998. High-resolution holostratigraphy of Middle Paleocene to Early Eocene strata in Belgium and adjacent areas. Palaeontographica, Abt. A, 247(5-6): 91-156.
Vincent, E. & Rutot, A., 1879. Coup d'oeil sur l'état actuel d'avancement des connaissances géologiques relatives aux terrains tertiaires de la Belgique. Annales de la Société Géologique de Belgique, 6: 69-155.